IC/CC-verpleegkundige Francisca heeft MS: ‘Kiezen voor mezelf of voor de ander?’

Deze vraag stelt Francisca zich al maanden. Ze werkt als IC/CC-verpleegkundige in ziekenhuis Nij Smellinghe in Drachten, waar zij geregeld coronapatiënten voorbij ziet komen. Francisca heeft daarnaast, sinds 2012, MS en gebruikt daarvoor afweerremmende medicatie, waardoor zij extra kwetsbaar is. ‘Door corona word ik geconfronteerd met mijn eigen beperkingen en dat is soms lastig.’

Francisca verpleegkundige MS

Sinds de komst van het coronavirus heeft ziekenhuis Nij Smellinghe de Intensive Care opgedeeld in twee IC’s: een gewone IC en een corona-IC. Vanwege haar gezondheid werkte Francisca voornamelijk op de gewone IC en op de Eerste Hart Hulp en Hartbewaking.

Constant spanningsveld

‘Toch blijft het spannend. Op deze afdelingen dragen wij alleen het voorgeschreven medisch mondneusmasker. Ondanks de goede screening aan de voordeur, kan het voorkomen dat er patiënten binnenkomen zonder coronaklachten en die na een aantal uren koorts ontwikkelen en dan misschien wel corona hebben. Bij (verdachte) coronapatiënten dragen wij meer beschermingsmiddelen. Het is een constant spanningsveld.’

Kost veel energie

Het coronavirus vraagt flexibiliteit en inzet van iedere medewerker. De overheid eist bijvoorbeeld dat ziekenhuizen meer plekken creëren voor coronapatiënten op de verpleegafdeling en de IC. Nij Smellinghe heeft vanaf november haar IC-capaciteit tijdelijk uitgebreid van 6 IC-bedden naar 8 om het toenemend aantal coronapatiënten op te vangen. ‘Dat betekent dat we een enkel IC-bed op de hartbewaking hebben gecreëerd, waar we niet altijd voldoende ruimte hebben. Het lukt wel, maar het vraagt om flexibiliteit en creativiteit. Dat kost veel energie.’

Rustiger aan doen

Na een drukke dag op het werk geeft Francisca’s lichaam regelmatig het signaal dat zij het rustiger aan moet doen. ‘Ik ben dan erg moe, heb meer last van tintelingen, brandende voeten en voel mijn benen soms minder goed. Ik heb naast MS ook artrose in mijn rug, waardoor ik extra pijnklachten heb. Na een dag werken ga ik sinds de coronacrisis vaak even naar bed als ik thuiskom. Dit doe ik liever niet maar anders kan ik de dag echt niet volhouden.’

Schub tijdens eerste coronagolf

Door de stressvolle situatie tijdens de eerste coronagolf kreeg Francisca eind maart/begin april een schub. Ze kreeg een oogzenuwontsteking. ‘Waarschijnlijk werd de schub veroorzaakt door de zorgen die het coronavirus met zich meebracht, de onrust op het werk en de kinderen die door de situatie ineens thuis waren.’ Daar baalde ze enorm van. Ondanks dat Francisca met zichzelf had afgesproken bij een schub thuis te blijven en haar rust te nemen, gaat zij toch aan het werk.

Bijdrage leveren

‘Omdat het crisis was met een gebrek aan IC-personeel vond ik dat ik met mijn kennis en kunde niet thuis kon blijven zitten. Ook ik wil mijn bijdrage leveren. Ik ben hard voor mijzelf en zoek graag mijn grenzen op, omdat ik anders niet weet waar ze liggen. Balans vinden blijft lastig zeker in deze situatie. Dagdiensten zijn voor mij lichamelijk makkelijker vol te houden en ik heb in de coronaperiodes dan ook geen late en nachtdiensten gedaan. Gelukkig heb ik begripvolle collega’s en houden zij veel rekening met mij’.

Extra geconfronteerd met haar MS

Francisca wordt door de hele situatie rondom het coronavirus extra geconfronteerd met haar MS. ‘Collega’s weten dat ik ziek ben en uit veiligheidsoverwegingen voornamelijk op de gewone IC en de hartbewaking werk. Toch heb ik het gevoel dat ik niet volledig meedraai en dan voel ik me schuldig. Gelukkig zien collega’s dat niet zo en zijn ze blij dat ik er ben. Bovendien ben ik er erg dankbaar voor dat ik nog kan werken.’

Trots en voldoening

‘Juist door corona ben ik me nóg meer bewust geworden van het belang van mijn werk voor mijzelf en voor mijn patiënten. Ik kan echt iets in het leven van iemand anders betekenen. De coronacrisis heeft een groot gevoel van saamhorigheid teweeggebracht bij mij en mijn collega’s, omdat we in deze intense periode allemaal een steentje bijdragen aan een maatschappelijk probleem. Dat maakt me trots en geeft veel voldoening.’