Centrale rol T-cel bij progressief verloop MS

T-cellen vormen een onderdeel van ons afweersysteem. Ze reageren op infecties, zoals virussen in het brein. Volgens Jeen Engelenburg, promovendus en onderzoeker aan het Nederlands Herseninstituut, ziet het ernaar uit dat de T-cel centraal staat bij het progressieve verloop van MS. Samen met zijn team onderzoekt hij de werking van de T-cel. Het uiteindelijke doel is om een effectieve behandeling te kunnen ontwikkelen voor de late fase van MS.

Jeen Engelenburg - T-cellen

“Genetische studies tonen aan dat kleine veranderingen in het DNA van genen die in T-cellen tot expressie komen de kans op MS vergroten”, zegt Engelenburg. “Het vermoeden is dat een mechanisme in de T-cellen bijdraagt aan de ziekteontwikkeling. Ook bij mensen zonder neurologisch ziektebeeld zien we T-cellen in de hersenen. Maar bij mensen met MS zijn dit er nog veel meer. Zeker in gebieden van de hersenen waar myeline afgebroken wordt. Myeline is de isolerende laag om de zenuwuitlopers. Zonder deze isolatie kunnen zenuwcellen niet met elkaar communiceren en raken belangrijke functies als lopen, praten, denken en voelen verstoord. Opvallend is dat therapieën gericht op T-cellen vooral werken in de beginfase van de ziekte. In de progressieve fase van MS zijn ze minder efficiënt.”

Welke rol speelt de T-cel?

Samen met postdoc Andy Hsiao en de senioronderzoekers Joost Smolders, Jörg Hamann en Inge Huitinga, onderzoekt Engelenburg verschillende aspecten van de T-cel. Bij mensen zonder neurologisch ziektebeeld vergelijkt hij de T-cellen in het brein met die in hun bloed. “We isoleren T-cellen uit hersendonoren en kijken hoe die T-cellen eruit zien. Wat maakt T-cellen in de hersenen uniek? Ook vergelijken we T-cellen van mensen met en zonder MS met elkaar. Zien T-cellen die bij MS het weefsel intrekken en rond laesies zitten er anders uit? Uit ander onderzoek blijkt dat grote ophopingen van T- en B-cellen gerelateerd zijn aan een ernstiger verloop van MS. Wij onderzoeken welk type cellen in die ophopingen zitten en hoe het komt dat ze zich daar ophopen.”

T-cellen in laesies

Recent heeft het team een interessante ontdekking gedaan. Zo is er gevonden dat het eiwit osteopontine veelvuldig aanwezig is in T-cellen in ieders brein. Uit eerder onderzoek was al bekend dat dit eiwit de activiteit van T-cellen kan remmen. Nu laat het onderzoek zien dat osteopontine ook vaker voorkomt in de laesies. Verrassend genoeg dragen de T-cellen in deze laesies ook minder bij aan de ontstekingsreactie. Het onderzoeksteam wil de mechanismen hierachter beter begrijpen om zo hopelijk nieuwe aangrijpingspunten te vinden om MS tot stilstand te brengen.

Het artikel over deze resultaten lees je hier.

Progressie van MS stoppen

In een latere fase van het onderzoek wil Engelenburg ook de interactie van T-cellen met andere immuuncellen in de hersenen, de zogenaamde microglia, onderzoeken. Hij vermoedt dat de communicatie verstoord is en dat T-cellen in hersengebieden die zijn aangetast anders werken. “Wij willen die veranderingen identificeren, omdat wij denken dat deze een onderdeel zijn van het ziekteproces. Door die veranderingen tegen te gaan, hopen we de progressie van de ziekte te stoppen. Onze studie kan mogelijk leiden tot effectievere behandelvormen voor late MS.”

Deze studie wordt deels gefinancierd door het Nationaal MS Fonds.

Bijdragen aan dit mooie onderzoek?

MS is zenuwslopend. Geef en steun de strijd tegen MS.